Dealmaker Niels Wassenaar, LTO Noord Gelderse Vallei

Elke nieuwsbrief stellen wij iemand voor die meewerkt aan de Regiodeal Foodvalley. Vandaag maakt u kennis met Niels Wassenaar, melkveehouder in Leusden. Als bestuurder bij LTO Noord Gelderse Vallei is hij nauw betrokken bij Boer aan het Roer. Wassenaar zet zich vol overgave in voor de toekomstbestendige landbouw. “Het is belangrijk dat wij als boeren meepraten en meebeslissen over hoe ons gebied in de toekomst ingericht zal zijn.”

Boer aan het Roer
Sinds anderhalf jaar maakt Wassenaar deel uit van het LTO-bestuur in de Gelderse vallei. Een van zijn aandachtsgebieden is het platform Boer aan het Roer. Boer aan het Roer is opgezet om agrariërs actief te betrekken bij het thema Transitie landbouw van de Regio Deal. “Als belangenbehartiger was LTO Noord intensief betrokken bij de ontwikkeling van deze Regio Deal. De naam Boer aan het Roer vind ik ook erg goed gekozen” zegt Wassenaar, “want in de uitvoering is het aan ons om ervoor te zorgen dat we daadwerkelijk meepraten en meebeslissen over hoe ons gebied in de toekomst ingericht zal zijn.” 

Melkveebedrijf
Wassenaar komt oorspronkelijk uit Voorschoten. “Mijn opa en vader pachtten een boerderij op landgoed De Horsten. Ze hadden toen kleinere stallen en de koeien gingen in het voorjaar naar buiten. Als het gras in het najaar op was, gingen de koeien weer naar binnen en werden gevoerd met gekuild gras. Inmiddels gaat dat wel wat anders”, zegt Wassenaar, die 17 jaar geleden als pachtboer met zijn gezin is neergestreken op het Utrechtse landgoed Den Treek Henschoten. Hij runt daar een traditioneel melkveebedrijf met gemiddeld 80 melkkoeien en 50 kalfjes en jonge koeien. 

Koeien in de wei
Wassenaar en zijn koeien hebben inmiddels een heel ander ritme dan bij zijn voorouders. “Het kalveren gaat nu het hele jaar door. Vroeger was dat meer seizoensgebonden. Toen had je nog een piek in het voorjaar als de koeien en de stieren de wei in gingen. Nu staan de koeien ’s nachts in hoge open stallen waar ze vrij kunnen rondlopen. Nadat de koeien ’s morgens gemolken zijn, brengen ze de dag verder buiten door en kunnen ze zoveel vers gras eten als ze willen.” Die weidegang vindt Wassenaar belangrijk: “Ik boer op een landgoed met veel bezoekers en koeien in de weide is gewoon een mooi gezicht. Bijkomend voordeel is dat de koeien het gras zelf ‘oogsten’ en ik niet hoef te maaien.”

Smakelijke hap
Dat beweiden blijkt een vak apart. Om te zorgen dat de koeien een smakelijke hap voorgeschoteld krijgen volgt Wassenaar het Nieuw Nederlands Weiden principe. “Gras moet niet te lang, te kort, te oud of te droog zijn. Je moet dus vooraf bedenken wat koeien nodig hebben. Ik plan dan ook zo’n 2-3 weken vooruit”, zegt Wassenaar. “Het land is in meerdere delen opgedeeld. Mijn koeien grazen elke dag op een nieuw perceel. Na 7 dagen maken we dat rondje opnieuw. Dat doen we dan een paar keer op ongeveer 10 ha.”

Voeding 
“Andere delen van ons 45 hectare groot gebied bemesten we of maaien we om in de winter ook smakelijk gras te kunnen serveren. En onder de juiste omstandigheden groeit gras snel, dus moet je regelmatig maaien”, zeg Wassenaar. “Op temperatuur en neerslag heb je geen invloed, maar vocht is wel nodig voor groei. Bij te droog weer levert het gras minder voeding. Dan moeten de koeien bijgevoerd worden. En na 21 juni gaat het gras bloeien, dan wordt het minder smakelijk. Maar ook minder voedzaam, want juist in het blad zitten de suikers en energie.”

Proeftuin Regio Deal
Wassenaar is zelf ook deelnemer in de Proeftuin van de Regio Deal. Hij doet mee in twee pilots. “Met de pilot Vanggewas onder mais testen we hoe we kunnen voorkomen dat de voedingsstoffen uitspoelen van lege akkers. We testen daarvoor diverse gras- en graansoorten. De uitdaging is ervoor te zorgen dat het veld in het voorjaar weer geschikt is voor mais.” De tweede pilot waaraan hij deelneemt is GRIP. “Daar werken we aan precisielandbouw. Met satellietbeelden van gewassen kunnen we percelen nauwkeurig in beeld brengen. Samen bestuderen en analyseren we de beelden, bijvoorbeeld van wat we zien op het land en het bodemprofiel.”

Bodem als basis
Wassenaar is erg nieuwsgierig naar al dit soort ontwikkelingen. “We waren altijd alleen gefocust op hard groeien van gras en mais, maar we vergaten de bodem. Ik ben me nu echt gaan verdiepen in wat er onder de grond gebeurt. Uitgaande van de bodem als basis kijken we bijvoorbeeld hoe ons businessmodel verbeterd kan worden. Het kost wel wat tijd, maar gelukkig neemt het projectteam van de Regio Deal daarbij veel werk uit handen.” Wassenaar is tevreden over de opzet van de Proeftuin. “Ook collega’s komen kijken en we leren van elkaar. En gelukkig zie ik dat er veel animo is om deel te nemen aan de pilots. Inmiddels hebben meer dan 70 boerenbedrijven zich aangemeld voor de Proeftuin van Boer aan het Roer”, zegt Wassenaar enthousiast.