De voorlopige zoekgebieden

De RES is een verkenning naar waar en hoe duurzame energie opgewekt zou kunnen worden. Elke gemeente levert daaraan een bijdrage. Die hangt af van de fysieke mogelijkheden van een gemeente. Dat het een verkenning is, betekent dat er serieus gezocht wordt naar plekken om wind- of zonne-energie op te wekken, maar dat die plannen nog niet concreet zijn. In de RES zijn voorlopige zoekgebieden voor wind opgenomen.

Deze voorlopige zoekgebieden worden komende periode in samenspraak met inwoners en andere belanghebbenden verder onderzocht op technische, financiële en maatschappelijke haalbaarheid. Samen moet bepaald worden wat de beste plek is, de beste vorm en omwonenden mede-eigenaar (minimaal 50%) kunnen zijn van de projecten. In de RES zijn daarvoor diverse uitgangspunten opgenomen. Gemeenten zullen in de verdere uitwerking daar eigen beleidskaders en uitgangspunten bij betrekken. Die variëren per gemeente/zoekgebied.

Binnen de regio gaan gemeenten rond de zoekgebieden intensief samenwerken. Dus ook gezamenlijk inwoners uitnodigen als een voorlopig zoekgebied zich uitstrekt over meer gemeenten. Na de RES 1.0 kunnen plannen over grensgebieden van regio’s worden opgenomen.

In de Stuurgroep RES is in november 2019 afgesproken dat gemeenten participatie en projecten lokaal inrichten met hun eigen inwoners en bedrijven. Omdat participatie altijd maatwerk is, bepalen gemeenten zelf welke participatiedoelen het best nagestreefd kunnen worden, op welk moment en op welke manier. Bij initiatieven voor de opwek van duurzame energie is participatie afhankelijk van de fase van de planvorming – ontwikkelfase, bouwfase of exploitatie fase - en het beleid van de gemeente op dit vlak. Maar ook van de keuze van de gemeente over de mate en vorm van betrokkenheid van inwoners en omwonenden in buurgemeenten.

Komen zon- of windprojecten in uitvoering, dan is de initiatiefnemer – coöperatie of bedrijf - verantwoordelijk voor het participatietraject, inclusief het borgen van minimaal 50% lokaal eigenaarschap. De gemeente kan hierbij faciliteren. Het eventueel door de gemeente opgestelde beleidskader geeft hiervoor richting. Gemeenten geven daarbij ook aan wie ten minste moeten worden geïnformeerd en benaderd op basis wie hinder kunnen ondervinden (bijvoorbeeld een afstand tot het project).

Bewoners worden ook blijvend, tijdig en actief betrokken bij de uitwerking van de Regionale Energiestrategie zelf, door de regio. Dat kan bijvoorbeeld door de omgeving regelmatig te bevragen met hulp van een inwonerspanel. Het burgerforum benadrukt het belang van transparante communicatie en het bespreken van heikele punten in plaats van ze te verdoezelen. Daarnaast is onder andere het advies om de communicatie te stroomlijnen, regionaal en lokaal. In het stakeholderoverleg is de waarde van de inzet van het burgerforum benadrukt; afwijken van hun advies kan, maar graag gemotiveerd. Ook voor het vervolgproces willen we onderzoeken hoe eenzelfde soort vorm van betrokkenheid lokaal en/of regionaal ingericht kan worden. Uitwerking hiervan gebeurt in het uitvoerings- en samenwerkingsprogramma (zie hoofdstuk 5 van de RES 1.0.).

Om in te spreken over plannen, zijn feiten en ook visualisaties van de plannen belangrijk. In de RES 1.0 gaat het over voorlopige zoekgebieden. Zodoende zijn nog geen exacte locaties bekend waar eventueel windmolens komen te staan. Daarom is er geen kaart met locaties en foto's. Bij het gesprek over waar molens het best kunnen staan, kunnen visualisaties een belangrijk hulpmiddel zijn om de beleving realistisch te maken.